De 25-jarige piloot, Goussencourt, wasa van adel en afkomstig van Henegouwen, waar hij een opleiding burgerlijk ingenieur in de mijnbouw achter de rug had.
Ter nagedachtenis van Goussencourt kochten zijn ouders het lapje grond waar hij neerstortte en bouwden er in 1923 de Vliegenierskapel. Via de vergrendelde deur zie je het altaar en een gedenkplaat voor de piloot.